Crisis omdat het kan -

Andreas Vonder

De gesprekken die ik in het kader van ‘ Vertrouwen Verbeeld’ heb kunnen voeren met vertegenwoordigers van voornamelijk de bancaire sector hebben mij bijzonder gefascineerd. Met stijgende verbazing heb ik kennis genomen van de groeiende consensus over het ontstaan, het verloop en de schuldvraag van de kredietcrisis. Ik heb een nieuwe mythe geboren zien worden. Een nieuw verhaal. Iedereen schijnt het achteraf te hebben zien aankomen. Niemand heeft het vanuit zijn functie kunnen voorkomen. Het heersende gevoel is dat de kredietcrisis te vergelijken is met een natuurramp.  ‘ Een tijdje rustig houden’ is het devies. De kredietcrisis waait wel over. Op de lange termijn wordt er wel weer winst geboekt. De luchtbel is doorgeprikt en met wat herstelwerkzaamheden aan de skippybal pompen we hem over een paar jaar weer lekker stevig op.

Het feit dat de kredietcrisis alles behalve een natuurramp is, lijkt niemand tot zich door te willen laten dringen. Wij zijn allemaal in meer of mindere mate verantwoordelijk voor de ontstane situatie. Ingegeven door de onvermoeibare honger naar winst heeft de mens een systeem gecreëerd dat letterlijk en figuurlijk onbestuurbaar is. Een systeem dat over ons is gaan heersen als een tirannieke vorst. Een vorst zonder gezicht, zonder handen,  zonder fysieke aanwezigheid. Zijn troon staat in London, zijn Versailles is Wall Street, de bankiers zijn zijn lakeien. Zijn jachtgebied bestrijkt de gehele wereld waar hij zijn roofridders in stilte aanmoedigt te plunderen tot de laatste druppel fossiele brandstof op is. Ieder verzet, iedere weerstand wordt onzichtbaar gebroken door zelfcensuur, zelfcorrectie en de angstcultuur. Het is de stem van de hebzucht in ons die eventuele ethische vragen steevast beantwoord met: omdat het kan. De kredietcrisis is ontstaan omdat het kan. Omdat de mogelijkheid wordt geboden weg te kijken. Wij willen ons geld laten groeien zonder daar fysiek iets voor te hoeven doen, en we doen dat omdat het kan. Omdat niemand ons tegen onszelf waarschuwt. Je bent een dief van je eigen portemonnee als je er niet aan mee doet luidt het credo.

En de bankiers? De lakeien kun je niets kwalijk nemen. Nette mensen. Zij faciliteren alleen. Voorzien in een behoefte. Als zij het niet doen, dan doet iemand anders het. Hoe kan een bankier zijn excuses maken voor iets wat hij niet gedaan heeft, waar hij geen invloed op kan uitoefenen, iets wat hem net als iedereen is overkomen? Als er al een schuldige aangewezen moet worden, dan zijn het volgens de lakeien de roofridders uit Londen en New York. De bankiers treft geen blaam.

Op wat imagoschade na lijkt de bancaire sector dan ook zonder al te veel kleurscheuren door de kredietcrisis heen te komen. Natuurlijk, de politiek heeft zich er tot ieders schrik tegenaan bemoeit, maar dat is van tijdelijke aard. Met de juiste lobby drukken ze die wel weer van het speelbord. De wil om te veranderen is bij de bankiers dan ook nihil. De media wordt door de bancaire sector verantwoordelijk gehouden voor het negatieve beeld. Momenteel zijn wij de nieuwe Marokkanen, liet een van de bankiers zich tijdens de gesprekken ontvallen.